Stewart Island is het derde grootste eiland van Nieuw Zeeland en ligt ten zuiden van The South Island. Je kunt dit eiland enkel bereiken via de ferry of het vliegtuig. Ik heb gekozen om met de ferry te reizen en heb daarbij iets nieuws over mezelf geleerd: de “rit” naar eiland was nogal ruw, maar i.p.v. zeeziek te worden viel ik slaap. Ik heb vaak gelezen dat je jezelf beter leert kennen wanneer je op reis gaat, hoewel ze waarschijnlijk een iets meer diepzinnige ontdekking bedoelen dan dit 😉
De ferry meert aan in de stad Oban, waar het grootste deel van de 381 bewoners verblijven. De stad heeft 1 supermarkt, 1 restaurant en 1 café 😀
Iedereen kent daar iedereen, er worden geen deuren gesloten en het is niet ongewoon om als toerist spontaan uitgenodigd te worden op een barbecue. En toen ons hostel er zelf eentje organiseerde kwamen ook verschillende Kiwi’s meegenieten 🙂 De sfeer is er met andere woorden zeer relaxt 🙂 Geen wonder dus dat Stewart Island een high light van mijn Nieuw Zeeland trip geworden is!
Naast de sfeer in het hostel zijn ook de gasten een belangrijke reden dat ik zo van mijn verblijf genoten heb. Zoals in mijn vorige post vermeld kwamen ook Lisa, Marie en Maria (Mia) naar het eiland (maar met een latere ferry) en we beslisten al snel om de volgende dag samen naar Ulva Island te gaan. Het is een klein eiland gelegen op slechts een half uurtje varen van Stewart Island en een belangrijk reservaat. Hier kun je planten en vogels terugvinden die elders in het land en zelfs de wereld zeldzaam of uitgestorven zijn.
Zoals jullie weten ben ik normaal gezien niet echt geïnteresseerd in vogels, maar er is iets met Nieuw Zeeland en hun enthousiasme voor de beestjes en de natuur dat gewoonweg besmettelijk is 😉
De miniferry naar Ulva Island had al een interessant ticket:
Het eiland zelf kun je gemakkelijk in enkele uren bezoeken, maar je kunt er ook een volledige dagtrip van maken. Om het meeste uit je bezoek te halen, moet je namelijk zeer kalm en stil de paden bewandelen, zo heb je de grootste kans om zo veel mogelijk vogels te spotten.
Dankzij een klein gidsboekje van het hostel, herkennen we de vogels die we zien en zelfs een plant nog ouder dan de dino’s:
Wat me het meeste zal bijblijven over het eiland is toen we een Tüï hoorden “zingen”, de vogel deed enkele autoalarmen na, het klikken van een camera en het miauwen van een kat 😀 Ik kon me bijna niet inhouden van lachen!
Op het einde van onze trip konden we nog genieten van deze scène:
De dag heb ik afgesloten met de beste fish & chips ooit! Dat had waarschijnlijk iets te maken met hoe vers de vis hier in Oban is. Het komt letterlijk recht van de boot 😀 Stewart Island is ook de plaats waar ik voor het eerst sushi geprobeerd heb, een grote mijlpaal voor mij 😉
En met deze watertandende herinneringen sluit ik vandaag af. Volgende week deel 2 🙂